Hoe val je af? Vier fabels over afslanken

1. Je moet honger lijden om te kunnen afslanken

Van eten word je dik, van niet eten val je af. Dat is wat we lange tijd dachten. Tegenwoordig weten we wel beter. Veel experts op het gebied van diëten adviseren dan ook dat je in plaats van 3 grote maaltijden, 6 kleinere maaltijden neemt. Dit zorgt ervoor dat je spijsvertering actief blijft. Daarnaast geven kleine porties je lichaam minder calorieën per maaltijd, calorieën die in andere gevallen vaak direct richting je vetreserves gingen. Het probleem van tussendoortjes zit hem in de keuzes die we maken. Sta je voor een snackautomaat en heb je de keuze uit zoet, vet en slecht, dan is het moeilijk om gezond te snacken. Gebruik je tussendoortjes liever om bijvoorbeeld je dagelijkse dosis fruit binnen te krijgen of neem een verfrissend glas groene thee.

2. Af en toe fastfood mag best!

We kunnen van veel dingen zeggen dat ze slecht zijn, maar we moeten ook reëel zijn over het feit dat fastfood onderdeel is geworden van onze lifestyle. Met een grote bocht om fastfoodrestaurants lopen is niet alleen ongemakkelijk, het kan je ook in een sociaal isolement brengen en daar is niemand bij geholpen. Net als bij snacken draait het bij fastfood om de keuzes die je maakt. Neem eens een salade en beperk het gebruik van de dressing. Kies gegrilde producten boven gebakken of gefrituurde producten en houd mate in de hoeveelheid die je in 1 keer eet. Neem liever een small of medium dan een large menu. Fastfood is soms echt genieten en op zijn tijd is dat de beste motivatie om vast te houden aan de gezonde weg die je bent ingeslagen.

3. Koolhydraten zijn slecht voor je

De experts zijn het erover eens dat niet alle koolhydraten slecht voor je zijn. Dat wil niet zeggen dat we niets kunnen leren van de low-carb- en low-GI diëten. Bewerkte koolhydraten (wit brood, witte rijst, koekjes, enz.) hebben vaak een hoog suikerpercentage en zijn vezel-arm, wat niet goed voor je is. Daar tegenover staan voldoende koolhydraten die erg goed voor je zijn. Denk aan bonen, volkoren granen en niet te vergeten groenten en fruit. Die zitten vol met gezonde voedingsstoffen en vezels met weinig calorieën. Koolhydraten geven je ook energie. Energie die je kunt gebruiken om bij het sporten calorieën te verbranden. Bovendien helpen ze je weerstand te verhogen.

4. Als je gezond eet en voldoende sport, zul je niet dikker worden

Was het maar waar. In werkelijkheid zal je continu kritisch moeten kijken naar je voeding en je trainingsroutine. Je zult deze steeds moeten aanpassen om je lichaam te blijven prikkelen. Vooral ook omdat met het ouder worden, je metabolische eigenschappen afnemen. Vooral rond het 28ste levensjaar treedt er een verandering op. Tenzij je je eetpatroon aanpast en/of kiest voor een andere en effectievere trainingsaanpak is het onvermijdelijk dat je lichaam minder goed gaat reageren op dezelfde principes die voorheen zo succesvol voor je waren. Nieuwe trainingsideeën en nieuwe diëten verschijnen met grote regelmaat. Blijf jezelf informeren op die gebieden, maar wees ook kritisch over wat je ziet en hoort.